EP31: Praat een andere taal met me

Meer dan een gemeenschappelijke munt of een gemeenschappelijke regering is het de taal die ons bindt. Mensen die dezelfde taal spreken behoren min of meer automatisch tot dezelfde gemeenschap – hoe ver die mensen geografisch ook van elkaar verwijderd zijn. Dit geldt niet alleen voor de natuurlijke taal die ik nu typ, maar ook voor het jargon, vocabulaire of idiolect van vakmensen, wetenschappers of families. Goed zijn in je vak wil meer zeggen dan dat je de activiteiten die bij dat vak horen goed beheerst: het betekent ook dat je met je vakgenoten een goed gesprek kunt hebben over die activiteiten, in een vocabulaire dat daarmee gepaard gaat. Iemand die bijvoorbeeld niet kan schermen met termen als interface, persistentie, POJO, defragmentatie of handshaking zal nooit als een serieuze programmeur gezien worden. Artsen gebruiken Latijnse termen om zich onderling verstaanbaar te maken, automonteurs kennen alle namen van elk moertje en schroefje dat ze tegenkomen.

Elke mens, zo stelt Nietzsche in die fröhliche Wissenschaft (354), heeft vanuit zijn biologische natuur de behoefte om zichzelf mede te delen en is om die reden op andere mensen aangewezen. Voor hem is ook het (menselijk) bewustzijn ontstaan vanuit deze behoefte, omdat namelijk communicatie met de ander reflectie over onszelf vereist. Benjamin op zijn beurt heeft het (in Über Sprache überhaupt und über die Sprache des Menschen) over de onmiddellijkheid van de taal, over de taal die niets anders uitdrukt dan zichzelf: datgene dat door de taal wordt uitgedrukt is altijd alleen maar het ding voor zover dat mededeelbaar is. Mijn uitspraak over een stoel abstraheert altijd al van de individuele, spatiotemporele individuele stoel. Mensen vormen volgens hem een gemeenschap voor zover zij het eens zijn over juist dit mededeelbare – zij participeren als het ware allemaal op eenzelfde manier in het mededeelbare van de dingen.

Dankzij de hedendaagse communicatiemiddelen strekt onze gemeenschap zich tegenwoordig uit tot alle delen van de wereld. Waar vroeger de gehoorsafstand of desnoods de afstand van een dagmars de fysieke begrenzing vormde van wat we onze naasten noemden, is heden ten dage iedereen die beschikking heeft over een verbonden computer of telefoon een potentiële toehoorder van wat we te zeggen hebben. Deze technologische mogelijkheid vereist derhalve dat we ons uitdrukken in een taal die de ander machtig is, in de meeste gevallen het Engels (of in ieder geval een gecreoliseerde versie daarvan: zie Marramao 2012, pp.78-80). Zeker lieden die de hele wereld als hun speelveld zien – wetenschappers, zakenlieden, bankiers – voelen de behoefte samen met hun vakgenoten een globale gemeenschap te vormen; dat wat Peter Sloterdijk een anglofoon taalnet noemt:

Afgemeten aan het taalkundige criterium zijn tegenwoordig alle natuurwetenschappers, piloten, diplomaten, zakenlieden en kunstmatig gecreëerde nieuwe volken inderdaad gevangen in het onontkoombare anglofone taalnet; de schone nieuwe wereld van de popmuziek sluit zich daarbij aan. (Sloterdijk 2006, p.147)

Het is echter juist de popmuziek die heden ten dage een duidelijke tegenbeweging laat zien tegen deze alomtegenwoordigheid van het Engels. Vanuit een angst dat hun eigen samenhorigheid, hun eigen tradities in dit anglofone taalnet ten onder zullen gaan, kunnen nummers die geschreven zijn in de streektaal zich de voorbije twee decennia verheugen op een toenemende populariteit. In 1987 verbaasde radio-presentator Fonds Dellen er zich in een interview met Tom America nog over dat er steeds meer Nederlands in de nummers van Mam te horen was, maar voor veel hedendaagse bands is ook het Nederlands al te algemeen – streektaal, daar gaat het om.

Natuurlijk, bands als Skik, Normaal, Rowwen Hèze, of De Kast spelen al decennia in hun respectievelijke streektaal; maar dit zijn relatief grote bands die heel bewust opereren in een bepaald segment van de landelijke muziekmarkt en zichzelf daar ook in profileren – hetgeen overigens onverlet laat dat hun populariteit al jaren onverminderd stijgt. Interessanter is dat, als gevolg van opnieuw juist de hedendaagse communicatiemiddelen iedereen zichzelf als muzikant kan wegzetten – wat door Benjamin al gepreludeerd werd in zijn kunstwerkopstel (zie hierover deze blog).

De voorbije paar weken kunnen we op de diverse sociale media een aardige illustratie zien van dit fenomeen, van deze wens de eigen streektaal versterkt neer te zetten. Als reactie op het nummer Parijs van Kenny B verschijnen allerlei covers waarin het lokale dialect vergeleken wordt met een andere, algemenere taal en waarbij die laatste altijd als minder wordt beschouwd. Er is al een Friese versie (die natuurlijk gewoon mooi is, misschien wel beter dan het origineel), een Rotterdamse (erg grappig), een Amsterdamse en een Westlandse (die ik beide persoonlijk zwak vind omdat er niet echt Amsterdams in gezongen wordt), een Groningse (die ik erg goed vind, maar dat kan natuurlijk aan mijn vooroordelen liggen),  een Haagse, een Haarlemse (ABN?) en ongetwijfeld mis ik er nog enkele (en er zullen in de komende weken hopelijk nog wel wat bijkomen).

In al deze versies wordt het lokale dialect ingezet om nadruk te leggen op het sociale aspect van de eigen omgeving. De schoonheid van het lokale wordt bezongen in de taal die daarvoor het meest geschikt is, namelijk de streektaal. Het is goed te merken dat het planetaire netwerk dat internet is ook gebruikt wordt om de anglofone hegemonie te doorbreken.

Verder lezen:
Marramao, G., 2012, The Passage West. Philosophy after the Age of the Nation State. Vertaald uit het Italiaans door Matteo Mandarini. Verso.
Sloterdijk, P. (2006), Het Kristalpaleis. Een filosofie van de globalisering. Amsterdam: SUN. Vertaling uit het Duits door Hans Driessen.

Comments (2)

  1. fenna

    Alles terugbrengen naar één taal gaat voorbij aan het mens zijn. Angloficatie is niet goed, maar een eenzijdige focus op je eigen streektaal ook niet. Een taal maakt een maatschappij, een taalstrijd breekt een maatschappij. Hoe meer talen je spreekt, hoe meer je open staat voor een ander.

Leave a comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *