EP23: Informatie (prelude op cybernetica)

§1. Het galopperend paard en de abstractie
Tot circa halverwege de negentiende eeuw was de enige mogelijkheid om een stuk tekst van A naar B te krijgen deze tekst toe te vertrouwen aan een betrouwbare drager en deze drager vervolgens fysiek naar de plaats van bestemming te transporteren. Geen enkele mededeling, geen enkel idee kon hierdoor sneller dan een galopperend paard verspreid worden.

Het was Samuel Morse die, geïnspireerd door onder andere Claude Chappe vijftig jaar voor hem, bedacht dat het beter zou zijn om de tekst om te zetten in iets wat makkelijker te transporteren was. Hij protocolleerde een systeem waarmee tekst kon worden omgezet in elektrische potentiaalverschillen die over een (lange) draad van zender naar ontvanger werden verstuurd.

Op 24 mei 1844 verzond hij op deze manier een tekst uit Numeri (23:23): “What hath God wrought”, oftewel .—/…./.-/- // …./.-/-/…. // —./—/-..// .—/.-./—/..-/—./…./-. Door de tekst en de drager van die tekst van elkaar te scheiden introduceerde Morse een abstractie die zich heel eenvoudig, en in veel verschillende vormen, liet transporteren.

Het succes van deze abstractie wordt mooi geïllustreerd aan de hand van de Pony Express. De ponies en hun berijders, hun zadeltassen zwaar en volgeladen met brieven, doorkruisten het Amerikaanse continent en legden de drieduizend kilometer tussen St. Joseph, MO en Sacremento, CA af in circa tien dagen – de snelheid van een galopperend paard. Slechts twee dagen nadat de transcontinentale telegraaflijn was voltooid, op 26 oktober 1861, hield de Pony Express op te bestaan: de snelheid en de eenvoud die door de abstractie mogelijk gemaakt werden hadden de traagheid van het fysieke transport overwonnen.

telegraph§2. Het informationistische wereldbeeld
Heden ten dage maken we voor nagenoeg alles gebruik van ditzelfde principe: afzien van de fysieke verschijningsvorm van datgene wat getransporteerd moet worden om dit transport te vereenvoudigen. Niet alleen tekst maar ook beeld en geluid wordt door tcp/ip omgezet in geprotocolleerde segments en packages die uiteindelijk in de vorm van bit (enen of nullen) over de lijn gestuurd worden. Het maakt voor de uiteindelijke fysieke lijn, de onderste laag uit de OSI-stack, niet uit of de bits nu deze blog of de derde van Mahler representeren.

Dat feitelijk alle media op eenzelfde manier getransporteerd kan worden, suggereert dat er iets gemeenschappelijks aan die media is; iets waarvan het bestaan onafhankelijk is van de manier waarop gerepresenteerd wordt. Het lijkt erop dat we het hier hebben over informatie. Waar in oude tijden de brief nog inherent onderdeel was van de informatie die hij overbrengt, hebben we in de moderne tijd informatie volkomen losgemaakt van de vorm waarin dit getransporteerd wordt.

Deze scheiding van vorm en inhoud is voor Jos de Mul reden om te spreken over de informatisering van het wereldbeeld: de gedachte dat uiteindelijk alles uit informatie is opgebouwd, die een andere ontologische status heeft dat materie of energie en daar op een bepaalde manier zelfs aan vooraf gaat.

De alomtegenwoordigheid van de informatietechnologie verleidt ons ertoe te denken dat alles in termen van informatie is te beschouwen en dat de wereld in laatste instantie uit informatie is opgebouwd. (Mul 2006, 132)

Dit informationistische wereldbeeld (p. 144) verleidt ons ertoe dingen te begrijpen voor zover ze informatie verwerken. Een hamer, zo stelt De Mul, is nog wel te begrijpen vanuit zijn vorm en functie, maar een computerprogramma is alleen te begrijpen vanuit de manier waarop dit met informatie omgaat (pp. 139f.). En ook de mens zou zichzelf pas echt begrijpen wanneer hij zichzelf ziet en verklaart als informatieverwerkend systeem (ibid.).

§3. Van informatie naar cybernetica
Met deze opmerking plaatst De Mul zich in de traditie die in de jaren veertig en vijftig door Norbert Wiener en Claude Shannon is ingezet. Tijdens de zogenaamde Macy-conferences probeerden wetenschappers uit toch voornamelijk de natuurkundige hoek onder andere een goed begrip van informatie te verkrijgen. Ook hier was de aanname dat informatie gescheiden kon worden van de materiële dragers hiervan:

The triumph of information over materiality was a major theme at the first Macy conference. John von Neumann and Norbert Wiener led the way by making clear that the important entity in the man-machine equation was information, not energy. (Hayles 1999, p. 51)

En ook hun conclusie was dat mensen zichzelf pas goed begrijpen wanneer ze zichzelf zien als informatieverwerkende systemen:

To understand humans, one needs to understand how the patterns of information they embody are created, organized, stored, and retrieved. Once these mechanisms are understood, they can be used to create cybernetic machines. If memory in humans is the transfer of informational patterns from the environment to the brain, machines can be built to effect the same kind of transfer. (op.cit. p.104)

§4. Conclusie
Het abstractieproces dat in het begin van de negentiende eeuw is ingezet, waarbij informatie is losgekoppeld van zijn fysieke drager om het transport te vereenvoudigen, heeft geleid tot een wereldbeeld waarin we de neiging hebben alles, ook onszelf, te zien als een informatieverwerkend systeem. De angst voor robots, big data en privacyschending is een voorbeeld van de consequenties van de alomtegenwoordigheid van informatie die hier het gevolg van is.

In navolging van Nietzsche, Husserl en Heidegger zien we echter heden ten dage ook een sterke tendens die de lichamelijkheid van informatie benadrukt. Het is misschien onze redding dat cybernetische systemen zoals zelfrijdende auto’s voorlopig alleen goed zijn in één ding en dat hun in-de-wereld-zijn nog slecht heel beperkt als ‘bezorgd’ kan worden omschreven.

simple_telegraphVerder lezen
Flichy, L(1997), Une histoire de la communication moderne : Espace public et vie privée. Paris: La Découverte.
Hayles, N.K. (1999), How we became posthuman. Virtual bodies, literature, and informatics. Chicago UP.
Mul, J. de (2002), Cyberspace Odyssee. Kampen:Klement.

Comments (2)

  1. J. Blok

    De kern van het abstractieproces en drager/boodschap lijkt me nog veel ouder dan de 19e eeuw. De 19e eeuw is wel het begin van enorme technologische ontwikkelingen die enorme toepassingsmogelijkheden openden. Bij Leibniz vinden de we dit al terug, als hij inziet hoe groot de kracht van symbolen en manipulatie hiervan volgens formele regels is. De symbolen zijn dan de drager van een inhoud. Naar zijn opvatting werkt dit niet alleen in de wiskunde, maar ook in de filosofie en begrippen in het algemeen. (Arte Combinatoria en Characteristica universalia). Naar mijn opvatting speelt dit idee een grote rol in de opvattingen over wiskunde van Kant in het Prize Essay (1764).

  2. Pingback: EP24: Informatie en kunst | Over kunst, filosofie en techniek

Leave a comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *