Eindelijk heb ik weer eens een brief geschreven, hoewel de aanleiding niet zo prettig was. Ik hoorde namelijk dat de gemeente had besloten om studenten op Zernike te gaan huisvesten. Omdat ik met name de biotoop die hier is ontstaan waardeer (en dat tevens een interessant verschijnsel vind), raakte dat nieuws me. Waardoor ik onderstaande tekst naar het DvhN stuurde, die het vervolgens plaatste.

---

Elke dag wanneer ik ‘s ochtends vroeg naar Zernike fiets, ben ik weer verrukt over de fijne biotoop die deze campus voor een grote diversiteit aan soorten vormt. Behalve dat ik begroet wordt door een grote groep kraaien, zie ik regelmatig fazanten lopen, hazen boksen of zelfs reeën wegspringen. ‘s Zomers broeden eksters op de diverse daken en meerkoeten in de poelen en plassen; ‘s winters vinden brandganzen hier een welkome foerageerplaats.

Logisch natuurlijk dat deze omgeving zo door de dieren wordt gewaardeerd. De ligging tussen stad en ommeland biedt veel uitvalsmogelijkheden, het lommer schaduw en schuilplaatsen, en de rommel die studenten en medewerkers achterlaten bevat (behalve een schandalige hoeveelheid plastics) voldoende voedsel om het dagelijks dieet aan te vullen.

Uitgestorven

Het belangrijkste pluspunt van Zernike is in mijn beleving evenwel de rust die hier heerst. ‘s Nachts en in het weekend is het gebied nagenoeg uitgestorven, evenals gedurende de vakantieperiodes. Omdat hier bijvoorbeeld rond de jaarwisseling geen mensen zijn, is dit bij extensie een vuurwerkvrije zone, met alle voordelen van dien. En ook de lange zomerperiode zijn de dieren hier de primaire bewoners.

De absurde bouwzucht van de RuG en de Hanze brengt de dieren wel in het gedrang, maar verandert ten principale niet zo gek veel aan de rust op het terrein. Aan die situatie dreigt echter een einde te komen, nu het plan is de campus te voorzien van duizend studentenwoningen (DVHN, 19/12). Hoewel het specifiek niet de bedoeling is van Zernike een nieuwe wijk te maken, brengt bewoning altijd onrust met zich mee. De vrees voor het verlies van Zernike als fijne biotoop lijkt daarom gerechtvaardigd.
Het ware beter geweest de huisvesting van studenten te concentreren in specifieke plekken in de stad. Er staan voldoende grote panden te verpieteren die relatief eenvoudig om te vormen zijn naar studentenwoningen. Dat komt de bewoonbaarheid van zowel de binnenstad voor de mensen als van Zernike voor de dieren ten goede.